11 apr2003
Jeugdtheater De Citadel vermaakt schooljeugd
Bron: Meppeler Courant 11 april 2003
VOORSTELLING VOOR KLEINE KINDEREN MET GROTE GEVOELENS
LINDE – Op een ochtend zag alles er anders uit. ‘Ik denk,’ zei de eekhoorn,’ dat ik nooit gelukkiger kan zijn dan nu.’
‘Nou …, zei de mier. ‘En als er nou eens een honingtaart voorbij zou komen met een briefje erop: voor de eekhoorn en de mier..?’ De kinderen leunen naar voren, nieuwsgierig naar wat de eekhoorn zou gaan zeggen.
Woensdagochtend zag alles er voor de leerlingen van groep 1 tot en met 5 van o.b.s Linde uit Linde en o.b.s de Bosrand uit Kerkenveld, ook anders uit. In plaats van rekenen, taal en schrijven, woonden ze in het dorpshuis van Linde, een theatervoorstelling bij van jeugdtheatergroep de Citadel uit Groningen. De dierenverhalen van schrijver Toon Tellegen stonden hierin centraal. Zijn verhalen illustreren op symbolische wijze de alledaagse moraal. Het jeugdtheater maakte die ochtend, de toch wel moeilijk te lezen verhalen, voor de kinderen toegankelijk. Eenvoud, dat was de grote kracht van de voorstelling. Het decor bestond uit een aantal verrijdbare rekken waar je van alles aan kon ophangen. Er liep een toneelknecht in een rode overall. Op een stoel een muzikant (Theo Bodewits), die
allerlei geluiden uit zijn accordeon wist te toveren. Verder een eekhoorn (Eva Damen), een mier en een olifant (Bob Schwarze).
Met veel mimiek en theater en weinig woorden lieten zij zien hoe moeilijk de wereld in elkaar zit. Wat betekent eigenlijk ziek zijn, en als je beter bent waar gaat de pijn dan naar toe? En wat voel je als iemand er niet is, mis je hem of vergeet je hem? Wanneer ben je gelukkig? Filosofische vragen die kleine kinderen wel degelijk bezighouden.
Naarmate de voorstelling vorderde, werd het enthousiasme van de kinderen steeds groter. Vooral de kleuters keken ademloos toe. Zo was de rugmassage, die de eekhoorn aan de mier gaf, aanleiding tot grote hilariteit. Het ging er dan ook erg hardhandig aan toe. Dan was er nog een olifant die zomaar door de muur naar binnen kwam en tijdens het dansen op de voeten van de eekhoorn stampte. En toen hij op het feest kwam was hij heel lomp en
gooide alles om. Even later kregen de mier en de eekhoorn ruzie over gelijk hebben. De eekhoorn vond de honing die ze aan het eten waren lekker, de mier zei afschuwelijk. De eekhoorn proefde weer en zei je hebt gelijk. De mier proefde weer en zei nee, jíj hebt gelijk. En zo bleven ze bezig.
‘Kunnen wij ook aflopen’, vraagt de mier aan de eekhoorn. Een feestje is afgelopen en de voorstelling is afgelopen.
Gebeurt dat met ons ook?’ De eekhoorn weet het niet, maar de kinderen hadden in ieder geval wel begrepen dat de voorstelling afgelopen was. Ze mochten na die tijd vertellen wat ze het leukste vonden aan de voorstelling en vragen stellen aan de spelers. De vraag: ‘Komen jullie hier nog een keer?,’ behoeft geen nadere uitleg.
VOORSTELLING VOOR KLEINE KINDEREN MET GROTE GEVOELENS
LINDE – Op een ochtend zag alles er anders uit. ‘Ik denk,’ zei de eekhoorn,’ dat ik nooit gelukkiger kan zijn dan nu.’
‘Nou …, zei de mier. ‘En als er nou eens een honingtaart voorbij zou komen met een briefje erop: voor de eekhoorn en de mier..?’ De kinderen leunen naar voren, nieuwsgierig naar wat de eekhoorn zou gaan zeggen.
Woensdagochtend zag alles er voor de leerlingen van groep 1 tot en met 5 van o.b.s Linde uit Linde en o.b.s de Bosrand uit Kerkenveld, ook anders uit. In plaats van rekenen, taal en schrijven, woonden ze in het dorpshuis van Linde, een theatervoorstelling bij van jeugdtheatergroep de Citadel uit Groningen. De dierenverhalen van schrijver Toon Tellegen stonden hierin centraal. Zijn verhalen illustreren op symbolische wijze de alledaagse moraal. Het jeugdtheater maakte die ochtend, de toch wel moeilijk te lezen verhalen, voor de kinderen toegankelijk. Eenvoud, dat was de grote kracht van de voorstelling. Het decor bestond uit een aantal verrijdbare rekken waar je van alles aan kon ophangen. Er liep een toneelknecht in een rode overall. Op een stoel een muzikant (Theo Bodewits), die
allerlei geluiden uit zijn accordeon wist te toveren. Verder een eekhoorn (Eva Damen), een mier en een olifant (Bob Schwarze).
Met veel mimiek en theater en weinig woorden lieten zij zien hoe moeilijk de wereld in elkaar zit. Wat betekent eigenlijk ziek zijn, en als je beter bent waar gaat de pijn dan naar toe? En wat voel je als iemand er niet is, mis je hem of vergeet je hem? Wanneer ben je gelukkig? Filosofische vragen die kleine kinderen wel degelijk bezighouden.
Naarmate de voorstelling vorderde, werd het enthousiasme van de kinderen steeds groter. Vooral de kleuters keken ademloos toe. Zo was de rugmassage, die de eekhoorn aan de mier gaf, aanleiding tot grote hilariteit. Het ging er dan ook erg hardhandig aan toe. Dan was er nog een olifant die zomaar door de muur naar binnen kwam en tijdens het dansen op de voeten van de eekhoorn stampte. En toen hij op het feest kwam was hij heel lomp en
gooide alles om. Even later kregen de mier en de eekhoorn ruzie over gelijk hebben. De eekhoorn vond de honing die ze aan het eten waren lekker, de mier zei afschuwelijk. De eekhoorn proefde weer en zei je hebt gelijk. De mier proefde weer en zei nee, jíj hebt gelijk. En zo bleven ze bezig.
‘Kunnen wij ook aflopen’, vraagt de mier aan de eekhoorn. Een feestje is afgelopen en de voorstelling is afgelopen.
Gebeurt dat met ons ook?’ De eekhoorn weet het niet, maar de kinderen hadden in ieder geval wel begrepen dat de voorstelling afgelopen was. Ze mochten na die tijd vertellen wat ze het leukste vonden aan de voorstelling en vragen stellen aan de spelers. De vraag: ‘Komen jullie hier nog een keer?,’ behoeft geen nadere uitleg.